Lieve Geerke,
In de eerste plaats wil ik je complimenteren met je Bijbel-kennis! Je haalt in je laatste column een hele reeks Bijbelverhalen aan waarin vrouwen een prominente rol vervullen. Om uiteindelijk bij de vraag te komen, ‘of ik me een christen-feminist zou durven noemen’.
Die Bijbelkennis doet me goed. Niet om de kennis zelf, wel omdat het verhalen zijn die een leven lang met je meegaan en ook in deze tijd betekenis hebben. Zeker de verhalen over dappere, moedige en eigenwijze vrouwen in de Bijbel.
Nu je vraag. Ik vind het wel grappig dat je me vraagt of ik me christen en feminist dúrf te noemen. Je spreekt waarschijnlijk van durven omdat je weet dat in een groot deel van de kerk vrouwen geen gelijkwaardige positie hebben; geen predikant of ambtsdrager mogen zijn. Maar binnen die brede kerk is ook volop ruimte voor feminisme.
Toen ik theologie studeerde, was er een bloeiende werkgroep ‘feministische theologie’, en ook nu zijn er veel vrouwen en mannen die zich daarmee bezighouden. Feminisme en geloof kunnen prima samen gaan. Sterker nog: ik voel vanuit mijn geloof het appèl om feminist te zijn: op te komen voor de gelijkheid van mannen en vrouwen, ook in wat ze in de kerk te bieden hebben aan talenten en rollen. Omdat ik erin geloof dat er in naam van God of de Bijbel niemand mag worden neergedrukt of uitgesloten, en dat ieder mens in gelijkwaardigheid mag groeien en bloeien in de talenten en de roeping die zij of hij voelt.
Er staan teksten in de Bijbel die uitspraken doen over de verhouding tussen mannen en vrouwen. Als je die letterlijk neemt kom je niet bij het feminisme uit. Maar in mijn beleving is het letterlijk lezen van de Bijbel ook een heilloze weg. Je komt dan uit bij allerlei richtlijnen die we in deze tijd en cultuur niet willen en kunnen volgen. Ook binnen de meest orthodoxe kringen zullen we bijvoorbeeld voor polygamie de handen niet meer op elkaar krijgen…
Met het letterlijk lezen van de Bijbel doe je de Bijbel en jezelf tekort, vind ik. Ik geloof dat de Bijbel een rijkdom van geschriften is van bepaalde mensen die in een bepaalde tijd hun ervaringen met God hebben beschreven. Onze uitdaging en verantwoordelijkheid is om door de context heen ons open te stellen voor hoe God zich in die beschreven ervaringen laat zien, met inachtneming van de tijd en cultuur waarin ze zijn geschreven. En dat te laten resoneren met onze eigen beleving van God in ons leven.
Ik lees dan over een God die mensen tot hun recht wil laten komen, voor wie ieder mens evenveel waard is, en een God die het opneemt voor kwetsbaren en verdrukten. En dat zijn triest genoeg ook vaak vrouwen in deze wereld. Hier in onze Westerse cultuur nog steeds, maar vooral ook in andere delen van de wereld. Dus lieve dochter, ik durf mezelf zeker christen-feminist te noemen!
Dan mijn vraag aan jou op de drempel van het nieuwe jaar: wat zijn je voornemens voor 2019? Hebben die iets met geloof te maken?